Parotis tumoren

Speekselklieroperatie

Inleiding

speekselklieren

In het slijmvlies van de mond bevinden zich zeer veel kleine speekselklieren. Daarnaast zijn er nog enkele grotere speekselklieren buiten de mond die via aparte afvoergangetjes (AG op figuur) in verbinding staan met de mondholte. Door vermenging van speeksel met het ingenomen voedsel tijdens het kauwen worden de enzymen (stoffen nodig voor de spijsvertering) uit het speeksel door het voedsel gemengd. Hierdoor wordt een begin gemaakt met de spijsvertering. Het grootste deel van de speekselvloed wordt gemaakt door deze grotere speekselklieren.

bron:www.parotidmd.com. (P = parotis; AG = afvoergang; SL = sublingualis-klier; SM = submandibularis-klier)


In de speekselklieren rond/in de mond kunnen ontstekingen of gezwellen/tumoren ontstaan. In de afvoerbuizen naar de mond kunnen stenen voorkomen die de afvoer belemmeren en ook aanleiding kunnen geven tot ontstekingen. Speekselklieren zijn erg afhankelijk van voldoende vocht in het lichaam. U ervaart een tekort aan vocht al snel door het optreden van een droge mond.

In Nederland komen tumoren van de speekselklieren maar zelden voor: 3 op de 100.000 mensen zal ooit een tumor van een van de vele speekselklieren ontwikkelen. Het merendeel (80%) ontstaat in de parotisklier vlak voor het oor in de wang. Minder dan een kwart hiervan is kwaadaardig.

Op deze webpagina vindt u uitgebreide informatie over tumoren/gezwellen van de parotisklier.

Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan beschreven. De behandeling kan in uw geval afwijken van de informatie op deze website.

Als u deze pagina’s reeds doorleest voorafgaand aan het bezoek aan de chirurg zijn vele vragen reeds beantwoord en hebt u meer profijt van de aanvullende informatie van uw chirurg.

Anatomie

parotis_anatomie2

Onder beide kaakranden ligt een onderkaaks-klier (glandula submandibularis; SM op figuur) en een dubbele ondertongs-klier (glandula submandibularis; SL op figuur).

Aan beide zijden voor het oor ligt een grote speekselklier, de glandula parotis (P op figuur). De parotis (vooroor-speekselklier) is gelegen in de wang op de onderliggende kauwspieren voor/deels onder de oorschelp.


parotis_anatomie_diep

De klier is opgebouwd uit een oppervlakkig deel en een dieper gelegen deel. Tussen beide delen loopt een fragiel netwerk van vertakkingen van een zenuw (nervus facialis) die zorgt dat diverse aangezichtspieren kunnen bewegen en dus essentieel is voor de mimiek/gelaatsuitdrukkingen: onder andere het sluiten van de lippen, het optrekken van de mond (lachen) en voor het sluiten van de oogleden.


Klachtenpatroon

Meestal wordt een parotistumor ontdekt doordat de klier opzwelt. De patient merkt dat de wang dikker wordt. Pijnklachten wijzen eerder op een ontsteking in plaats van een tumor.

In 75% van de gevallen is er sprake van een goedaardige tumor: het zogenaamde pleimorf adenoom. De patient voelt een klein bolletje in de wang wat in de loop der jaren langzaam groeit. Meestal zijn er geen andere klachten.

In 25% van de gevallen kan er sprake zijn van een kwaadaardige tumor. Deze groeien sneller. Bij ingroei in omliggende structuren(zenuw) en weefsels (spieren, schedelbasis) ontstaan pijnklachten en bijvoorbeeld verminderde functie van een of meerdere aangezichtspieren; bijvoorbeeld afhangende mondhoek, pijn/kramp in de kauwspier van de wang.

Stellen van diagnose

Naast navragen van klachten, eventuele bestraling in het verleden en specifiek medicijngebruik dat soms zwelling van de speekselklieren kan veroorzaken zal uw arts uw wang van buiten en via de mond betasten om zich een indruk te kunnen vormen van de aard van het gezwel.

Met behulp van een punctie met een naald worden cellen/weefsel opgezogen voor microscopisch onderzoek. Ook bij dit onderzoek kan het soms lastig zijn om een kwaadaardige tumor van een goedaardige tumor van elkaar te onderscheiden op basis van het cel-/weefselbeeld onder de microscoop.

Daarnaast kan het soms ook nodig zijn om aanvullend echo-onderzoek te laten doen en bij verdenking op een kwaadaardige tumor tevens een longfoto en uitgebreidere MRI-scans.

De operatie aan de parotisklier

De ingreep gebeurt onder narcose. De oncologisch chirurg maakt een boogvormige insnede onder het oor met een verlenging richting de wang.

facialis_zenuw_parotis

Zodra de klier is bereikt wordt eerst de hoofdstam van de facialis-zenuw opgespoord. Deze zenuw met de verdere vertakkingen is de leidraad waarlangs de verdere operatie plaatsvindt. De operatie vereist speciale vaardigheid omdat de facialis-zenuw en alle ragfijne zijtakjes niet of toch zo min mogelijk mogen worden beschadigd.

Indien de tumor in het diepere deel is gelegen moet de gehele parotis worden verwijderd. Bij deze operatie loopt de facialis-zenuw meer risico op tijdelijke of definitieve verminderde functie.

Zowel in de gevallen waar twijfel bestaat omtrent goedaardigheid en uiteraard ook indine er sprake is van een kwaadaardig gezwelmoet een ruime chirurgische verwijdering plaatsvinden onder narcose. Indien de tumor is gelegen in het oppervlakkige kierdeel volstaat in eerste instantie de complete verwijdering van dit deel met zorgvuldig afpellen van de takjes van de facialis-zenuw.

Indien de kwaadaardige tumor ingroeit in deze zenuw bestaat er voor de operatie meestal een verminderde functie of zelfs volledige uitval van een of meerdere spiergroepen in het gelaat. De zenuw zal in dit soort gevallen moeten worden weggenomen samen met de volledige parotisklier.


Herstel en complicaties

Het herstel van de ingreep verloopt meestal vlot. U mag meestal na 1 of enkele dagen weer naar huis. De functie van de facialis-zenuw kan soms verminderd zijn door overmatige prikkeling tijdens en vlak na de operatie. U merkt dat doordat u uw mondhoek aan die kant minder goed kan bewegen of het oog aan die kant minder goed kunt sluiten (gebruik in dat geval beschermende neutrale oogzalf om uw oog tijdens slapen te beschermen tegen uitdroging en ’s nachts een stukje tape om het ooglid te sluiten). In de meeste gevallen komt de functie geheel of vrijwel volledig terug in de loop van enkele weken. Accidentele beschadiging waarbij de volledige facialis-zenuw het niet meer doet komt in ervaren handen vrijwel nooit voor (minder dan 3%).

In veel gevallen kan er na de operatie een overmatige zweetproductie op de wang optreden. Dit wordt veroorzaakt doordat zenuwtakjes naar de speekselklieren elders in de wang/ mondbodem worden doorgesneden. Dat laatste is onvermijdelijk en heeft niets te maken met bovenstaande facialis-zenuw. De uiteinden van deze zenuwtakjes kunnen weer aangroeien en zich per ongeluk verbinden met zweetklieren in de huid. Door het eten worden de speekselkliertje gestimuleerd waarbij deze “verkeerd verbonden” takjes die zweetklieren prikkelen en de huid van de wang en onder het oor roder verkleurt en transpireert. De meeste patienten ervaren maar weinig klachten. Soms moet een botox behandeling plaatsvinden. Het klinisch beeld staat bekend onder het syndroom van Frey.

Nabehandeling

Bij kwaadaardige tumoren is na de operatie geen noodzaak tot het toedienen van aanvullende chemotherapie. Indien er twijfel bestaat over de volledige verwijdering ondanks het feit dat de gehele klier is weggenomen kan soms aanvullende bestraling nodig zijn.

bron: Website Ned werkgroep Hoofd-Hals Tumoren; Afbeeldingen met permissie:www.parotidmd.com.

Terug naar boven