Bloedvatfoto (angiografie)

Inleiding

Deze webpagina geeft u een globaal overzicht over "een bloedvatfoto" ofwel een angiografie. Het is goed u te realiseren dat voor u persoonlijk de situatie anders kan zijn dan beschreven. Tot voor enige tijd kon deze foto alleen worden gemaakt door middel va het inspuiten van jodiumhoudende contrastvloeistof in een bloedvat (conventionele rontgen-contrast-angiografie).
Sinds enige jaren is het ook mogelijk een bloedvatfoto te maken met behulp van een MRI-scan en een minder belastende contrastvloeistof (Gadolinium) via een infuus in de arm: de zgn. MR-Angiografie (MRA).

Indien een foto van de bloedvaten wordt gemaakt om te onderzoeken of er afwijkingen aanwezig zijn wordt gebruik gemaakt van de MR-Angiografie.

Indien tijdens een angiografie tevens een behandeling, bijvoorbeeld "dotteren" van een bekende vernauwing in een bloedvat is gepland, wordt een conventionele rontgen-contrast-angiografie gemaakt waarbij de aangetaste slagader (meestal benen) in de lies direct wordt aangeprikt.

Wat is een angiografie

angio

Een angiografie is een röntgenonderzoek van de bloedvaten. Bij dit onderzoek wordt een contrastmiddel direct in een slagader gespoten (of bia een infuus in de arm in een ader), waarna snel een aantal foto’s worden genomen of een film wordt gemaakt. Hierdoor kan een afbeelding worden verkregen van de bloedvaten. Het onderzoek wordt onder andere toegepast om een vernauwing in de bloedvaten aan te tonen of uit te sluiten.

Indien er bij dit onderzoek een slagader (meestal in de lies) wordt aangeprikt wordt u in het ziekenhuis opgenomen. Normaal gesproken kan dit met een dagopname. U gaat dan ‘s middags of ‘s avonds weer naar huis. In enkele gevallen kan de arts beslissen dat u ter controle een nacht moet blijven.


Waarschuwing

Bent u overgevoelig voor jodium, meldt dat aan uw arts en op de Röntgenafdeling, zodat men daar rekening mee kan houden. Zo kunnen er tijdig voor het onderzoek bepaalde medicijnen gegeven worden. Wanneer een ernstige allergische reactie al eerder is voorgekomen of in geval van "slecht werkende nieren" zal sterk overwogen moeten worden of de angiografie wel echt noodzakelijk is of doorgang kan vinden.

Bent u mogelijk zwanger meldt dit dan aan uw arts en op de Röntgenafdeling! Röntgenstralen kunnen schadelijk zijn tijdens de zwangerschap!

Het onderzoek: conventionele rontgen-contrast-angiografie

Op de röntgenafdeling neemt de röntgenlaborant u mee naar de onderzoekskamer. Vervolgens gaat u op de onderzoekstafel liggen. Beide liezen worden van te voren geschoren en met jodium schoongemaakt. Vervolgens wordt u met steriele groene lakens toegedekt om infectie te voorkomen. De radioloog en röntgenlaborant hebben om die reden ook steriele jassen en handschoenen aan.

U krijgt in de lies een prik voor de verdoving. Wanneer de verdoving is ingewerkt, prikt de radioloog de liesslagader aan. Er wordt een dun slangetje in de slagader geschoven. Hier zult u weinig van merken, omdat bloedvaten aan de binnenzijde ongevoelig zijn. Als het slangetje op de goede plek ligt wordt de contrastvloeistof ingespoten waardoor de bloedvaten zichtbaar worden op de foto. De contrastvloeistof veroorzaakt een warm gevoel. Dit trekt vrij snel weer weg. Het is heel belangrijk dat u stil blijft liggen voor het maken van de röntgenfoto’s. Er worden meerdere fotoseries van u gemaakt.

Na het maken van de angiografie wordt het slangetje weer verwijderd. Omdat tijdens het onderzoek er een grote slagader is aangeprikt, wordt de prikplaats van de slagader ongeveer 10 minuten dichtgedrukt om nabloedingen te voorkomen. Ook krijgt u een drukverband in de lies. Daarna komt u weer in uw bed te liggen.

Het onderzoek duurt in totaal één á twee uur.

Na het onderzoek

U wordt weer teruggebracht naar de afdeling, waar u ongeveer zes uur in bed moet blijven liggen. U krijgt instructies van de verpleegkundige over de gewenste bedrust.

U mag na het onderzoek gelijk weer eten en drinken. Het is belangrijk, dat u na het onderzoek veel drinkt, zodat u de contrastvloeistof snel kwijtraakt.

Complicaties

Geen enkel ‘invasief’ onderzoek is zonder risico’s. Zo kunnen ook tijdens of na een angiografie complicaties optreden.

Zo kan er een allergische reactie op het contrastmiddel ontstaan wanneer u overgevoelig blijkt te zijn voor jodium. Wanneer u bekend bent met deze overgevoeligheid, moet u dit van te voren melden, zoals u reeds hiervoor hebt kunnen lezen.

Na het onderzoek kan een blauwe plek in de lies ontstaan. Dit is vervelend, maar trekt na verloop van tijd vanzelf weer weg. Ondanks het drukverband kan het gebeuren dat het gaatje in het bloedvat toch weer opengaat en er een bloeding in de lies optreedt. Hiervoor is behandeling noodzakelijk. Dit kan door langdurig afdrukken onder echocontrole of door inspuiten van een bloedstollend middel. Heel zelden is zelfs een operatie nodig, waarbij het gaatje dichtgehecht wordt.

Zeer zelden kan tijdens de angiografie een bloedpropje in een bloedvat van het been komen. Het is dan soms noodzakelijk u snel te opereren om het bloedpropje te verwijderen.

Wanneer afbeeldingen worden gemaakt van de halsslagaders en hersenvaten zijn er een aantal risico’s die op andere plaatsen in het lichaam minder consequenties zullen hebben. Omdat door het inspuiten van het contrast het bloed tijdelijk verdund wordt, kan het namelijk voorkomen dat tijdelijke, of in het ergste geval blijvende, neurologische uitval ontstaat.

MR-Angiografie

Het grote voordeel van een MR-Angiografie is het feit dat men met deze apparatuur net zoals bij een conventionele angiografie afwijkingen in uw bloedvaten opsporen. Omdat in het apparaat veel ingewikkelde software is ingebouwd kunnen de bloedvaten op verschillende drie-dimensionale wijzen worden afgebeeld om een goed inzicht te krijgen in mogelijke afwijkingen: "3D-contrastMRA". Het apparaat werkt met electromagnetische golven (onschadelijk) in plaats van met Röntgenstralen. Een nadeel van deze techniek is het feit dat op deze wijze geen interventies/behandelingen kunnen worden verricht. Bijvoorbeeld indien een vernauwing wordt aangetoond zal het dotteren (oprekken) en plaatsen van een stent middels een conventionele angiografie (+ inbrengen van dottercatheters ed.) moeten plaats vinden.
Het contrast wordt via een eenvoudig infuss via een ader in de arm toegediend en kan poliklinisch plaatsvinden.

Terug naar boven